De middeleeuwen Pagina: | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 |
De Friezen
De Friezen woonden in die tijd langs de kust en waren zeevaarders. Ze ontwikkelden zich tot koopvaarders, en kwamen ook in
Brittanica, dat nu Engeland heette. Daar kochten ze wol, waar laken (een stevige wollen stof) van gemaakt werd. Uit Scandinavië
haalden de Friezen bont en hars. Gecombineerd met houtskool kon je daar pek van maken, en dat kon je gebruiken voor schepen. Ook honing
kwam uit Scandinavië, en daar werd suiker en was van gemaakt. Ook voeren de Friezen naar de Baltische staten, waar ze slaven
haalden. Dit waren in de regel krijgsgevangenen, of mensen met veel schulden die uiteindelijk zichzelf moesten verkopen. De overige
plaatsen waar ook regelmatig gehandeld werd waren Solingen, de Moezel en Luxemburg, waar respectievelijk bestek, wijn en glas
gehaald werd. In Dorestad sloegen de Friezen hun eigen munten en werden erg rijk.
Kerstening van de Friezen en Saksen
Koning Dagobert was de Frankische opvolger van Clovis. hij zag wel wat in de Friezen en stuurde missionarissen naar Holland.
De Friezen wezen het christendom resoluut af. Maar rond het jaar 700 accepteerden de Friezen uiteindelijk toch het christendom
door toedoen van de Engelse prediker Willibrord.
De Saksen zijn uiteindelijk rond 800 christelijk geworden. Daar moest nogal wat dwang aan te pas komen. De Frankische vorst,
die inmiddels heel Nederland in handen had, stelde hen voor de volgende keuze: "Of je laat je dopen, of je kop gaat eraf!" Er waren
5000 Saksen die alsnog weigerden, en deze werden onthoofd.
Er waren dus drie methodes van kerstening in Nederlands: opportunisme, overtuiging en dwang. Dit is een patroon dat je vaker ziet
in de geschiedenis, bijvoorbeeld in de voormalig communistische landen.
Pagina: < Vorige | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | Volgende >
|